Onder normale omstandigheden heerst op de Duitse obligatiemarkten de rust en de stilte van het kerkhof. Van die rust en stilte was de afgelopen weken weinig meer over. De volatiliteit was ongekend en als de voortekenen niet bedriegen gaat Duitsland bepalen hoe de rente op de staatsobligaties elders zich gaat ontwikkelen. Het is zelfs niet ondenkbaar, dat de Verenigde Staten hier ook aan moeten geloven.
In april 2015 bereikte de rentedaling van de Duitse Bund een voorlopig hoogtepunt of dieptepunt. Het is maar net wat u wilt. Op 17 april tikte de Duitse Bund een renteniveau aan van 0,05%. Op dat moment had meer dan 80% van de uitstaande Europese obligaties een negatief renteniveau. Die 80% vertegenwoordigen een waarde van meer dan € 3 biljoen. Het was derhalve niet bizar te denken, dat dat percentage alleen maar hoger zou worden.
De Duitse rente kon om verschillende redenen zover omlaag gedrukt worden: de lage economische groei en de dreiging dat de disinflatie om zou gaan slaan in regelrechte deflatie. Maar ook het gevaar van een wanordelijke Grexit miste zijn uitwerking niet, evenals het opkoopprogramma van de ECB. De druk op de rente was nog verhoogd door intensieve short selling door hedge funds.
Een onheuse combinatie van cyclische, structurele en seculiere factoren draagt het risico van de overdrijving in zich mee. Bovendien leefde bij teveel partijen de illusie, dat de ECB daadwerkelijk in staat zou zijn om het gewenste renteniveau te bepalen. Ze gaan er aan voorbij, dat het verzet van beleggers tegen een te laag renteniveau alleen maar toeneemt. Dat neemt alleen maar meer vorm aan naarmate meer renteniveaus negatief worden. Afgelopen week bleek de maat vol. De onvrede was bovendien onderdeel van een doorberekend bewustzijn dat de renteniveaus, ook die, of misschien beter, juist die van de perifere landen, teveel naar elkaar gegroeid waren.
En dus volgde een felle reactie. Daarmee is echter weer niet gezegd, dat de rente op de Duitse Bund op korte termijn weer boven 1% gaat uitstijgen of dat de US treasuries boven 3% gaan uitkomen. Meer dan ooit tevoren zal de Bund richting bepalend zijn voor de richting op de internationale obligatiemarkten. De vooruitzichten voor de wereldwijde groei en voor de inflatie blijven op zijn best beperkt. De Fed mag dan gaan overwegen de rente stapsgewijs te verhogen, maar zulks zal zeker niet gebeuren in Europa of China. Er kan dus zomaar een tekort groeien aan safe assets. Daardoor zal de druk alleen nog maar verder toenemen op de Duitse Bund.
Aandelen zijn vandaag de dag bovendien geen aantrekkelijk alternatief. Op de diverse markten leeft toch het idee, dat het gevaar voor overwaardering meer dan reëel is. Beleggers zijn daarom geneigd een afwachtende houding aan te nemen, ondanks de soms negatieve rente. Het internationale politieke klimaat bevordert ook al niet de overstap. Niet alleen de problemen rondom Griekenland laten zich maar moeilijk oplossen, ook het Verenigd Koninkrijk kan komende maanden en misschien jaren voor veel onrust gaan zorgen. En dan hebben we het nog maar niet over de rond fluitende kogels in Oekraïne! Dit bijna totale gebrek aan stabiliteit op velerlei vlak kan alleen maar tot gevolg hebben, dat de rente op veel staatsobligaties laag blijft, waarbij de Duitse Bund waarschijnlijk de kroon zal spannen.