Na jaren van rust en stilte vormde 2014 het keerpunt voor de markt van fusies en overnames. Over de eerste zes maanden van dat jaar gaven bedrijven wereldwijd $ 1,75 biljoen uit aan deze processen. Het was het hoogste bedrag sedert 2007 en 75% meer dan in het jaar daarvoor.
Fusies en overnames namen in 2014 in alle sectoren van de economie toe, behalve in de financiële sector. Daar is de regelgeving sedert 2008 behoorlijk toegenomen. In 2014 was de farmaceutische sector koploper op het gebied van fusies en overnames. Over de eerste maanden spendeerde de sector een bedrag van $ 317,4 miljard. De meest in het oog lopende overnames waren die van Covidien door Medtronics voor een bedrag van $ 48 miljard en van Allergan door Valeant voor een bedrag van $ 62,5 miljard. De oogst had nog groter kunnen zijn als Pfizer erin geslaagd was het Britse AstraZeneca over te nemen voor een bedrag van tenminste $ 100 miljard.
Er waren en er zijn verschillende argumenten voor bedrijven om de markt op te gaan. Veel bedrijven, vooral de grote, zitten op enorme stapels liquiditeiten. Die hebben ze verworven door jarenlang niet te investeren en door aanhoudend in de kosten te snijden. Het was vooral de angst voor de abnormale conjunctuur die bedrijven ervan weerhield en weerhoudt om echt in nieuwe groei te gaan investeren. Allengs is echter, zeker bij beleggers, weerzin gegroeid tegen deze opstelling. Bedrijven lijken ervan doordrongen geraakt, dat het abnormale wel eens voor langere tijd het normale kan blijken en dat ook onder deze omstandigheden beleggers groei eisen! En dus kiezen bedrijven voor de gemakkelijkste weg en dat is het kopen van groei. Die keuze is des te aantrekkelijker, omdat het voor bedrijven heel eenvoudig is voor weinig heel veel te lenen.
In 2015 is het proces van fusies en overnames met volle kracht doorgegaan. In de maand mei spendeerden Amerikaanse bedrijven een bedrag van $ 243 miljard aan fusies en overnames. Dat was bijna 20 miljard meer dan in de maand mei van 2007. Toen werd een record gevestigd van $ 226 miljard. De zogeheten M&A boom dreigt nu een omvang aan te nemen, die lijkt op die aan de vooravond van de twee laatste crises op de financiële markten. Er is dus alle reden om met meer dan gemiddelde bezorgdheid naar het overnamegeweld te kijken. Evenals in 2014 zijn het mega-deals die de pers halen. Zo heeft kabelaar Charter voor $ 90 miljard Time Warner Cable en Bright House overgenomen en heeft Avago voor $ 37 miljard Broadcom gekocht. Evenals in 2014 staan ook in 2015 ceo’s onder grote druk om voor groei te zorgen en opnieuw zijn fusies en overnames de gemakkelijkste en goedkoopste weg.
Hoofdkantoor Time Warner Cable in New York City
Gelet op de koersontwikkeling zijn de meeste beleggers het eens met de opvattingen van de ceo’s. Maar er is in een jaar tijd wel een en ander veranderd. De prijs is gestegen en bedrijven moeten nu meer spitsroeden lopen en uitleggen waarom ze handelen, zoals ze handelen. De markt heeft nog meer dan genoeg treurige herinneringen aan te dure overnames die geen waarde creëerden. Een mooi en schrijnend voorbeeld is de overname van een stuk ABN Amro door Fortis aan de vooravond van de crisis. Dat is verworden tot een financieel debacle eerste klas. Het management voelt zich op zijn beurt weer tot spoed gemaand. Het ziet er naar uit, dat de Fed in september 2015 een begin maakt met het in veel kleine stapjes verhogen van de rente. Dat kan voor de nodige consternatie zorgen op de financiële markten, die zo gewend, zeg maar verslaafd zijn aan een extreem lage rente! Het is juist deze haast, die tot hetzelfde foute gedrag kan leiden als in het nabije verleden!